Eind januari 2025 riepen de inwoners van Knokke-Heist Lynn Utterwulghe uit tot Krak van hun gemeente — een welverdiende eer voor haar onbaatzuchtige inzet voor de oorlogsslachtoffers in Oekraïne. Maar achter die indrukwekkende inspanningen staat ook haar man Davy Couwyzer, motorist voor DAB Vloot, met wie ze schouder aan schouder al vier humanitaire missies ondernam. Samen vormen ze een krachtig duo dat niet alleen praktische hulp biedt, maar ook hoop en warmte brengt waar die het meest nodig is. In dit duo-interview blikken Lynn en Davy terug op hun indrukwekkend parcours, de huldiging op 28 januari 2025 als laureaat van de Krant van West-Vlaanderen, én delen ze hun motivatie om telkens opnieuw naar Oekraïne te trekken. Een gesprek over moed, verbondenheid en het verschil dat twee mensen kunnen maken.
Gefeliciteerd, Lynn! Hoe hebben jullie het nieuws ontvangen dat jij tot Krak van Knokke-Heist werd verkozen?
Lynn: Echt, ik had het totaal niet verwacht! Toen ik het berichtje van journalist Piet De Ville van de Krant van West-Vlaanderen kreeg, dacht ik zelfs dat het spam was (lacht). Ik vond het ook jammer dat Davy niet verkozen werd – we doen dit tenslotte samen.
Davy: Ik sta eigenlijk niet zo graag in de belangstelling, het hoeft allemaal niet voor mij (lacht).
Lynn: Ik dacht echt dat keizerin Carnaval Mirjam Van der Mast zou winnen. We hebben wel wat stemmen geronseld bij de familie en via sociale media natuurlijk (lacht).
Je kreeg de erkenning natuurlijk voor jullie inzet in Oekraïne. Hoe zijn jullie gestart met hulpacties voor Oekraïne?
Davy: Ik ben in september 2022 voor de eerste keer naar Oekraïne getrokken. Ik had via iemand van de NAVO een contact in Kiev, en zo ben ik gewoon vertrokken. Met de auto, op prospectie eigenlijk als het ware (lacht) – om te kijken hoe we konden helpen. Daar kwam ik in contact met mensen van The Glow Mission, een Amerikaanse organisatie die lokaal actief is met containerwoningen. Eerst heb ik alles zelf bekostigd, maar na een tijdje ben ik hier sponsors beginnen zoeken.
Lynn: Toen Davy terugkwam, voelde ik meteen: ik wil ook helpen. Samen zijn we toen acties gaan opzetten. Zo verkochten we klakkers met carnaval. De eerste twee jaar hebben we die aangekocht maar dit jaar heeft Davy ze zelf gemaakt. De cafés in Heist kopen ook telkens een grote hoeveelheid klakkers aan. Op Oosthoekkermis staan we met een viskraam ten voordele van Oekraïne, op 15 augustus in Zeebrugge, enz.
Jullie zetten dus echt alles op alles om mensen daar te helpen. Hoe ziet zo’n missie er concreet uit?
Lynn: Onze focus ligt nu op hulp aan weeskinderen en baboesjka’s – de oudere vrouwen die vaak helemaal alleen overblijven. We bouwen mee aan containerwoningen van 18 vierkante meter met verwarming, sanitair en kookvoorzieningen. Daarnaast brengen we kinderkledij, laptops, speelgoed … alles wat een beetje licht kan brengen.
Davy: Veel spullen kopen we ook ter plaatse. Dat is vaak goedkoper, zoals matrassen, en het steunt ook de lokale economie. Onze uitvalsbasis is meestal Kiev, van daaruit trekken we soms verder al proberen we de tijd weg van Kiev te beperken. Ik ben nu al vijf keer geweest, in september wordt dat de zesde keer – afhankelijk van de fondsen.
Lynn: Je ziet wel resultaat. De mensen zijn gelukkig dat je als Belg komt. Dat toont hen dat ze niet alleen zijn. Oudere mensen die we voordien in kelders van buren zagen wonen omdat hun huis gebombardeerd is, zie je dan een volgende keer in een containerwoning met voorzieningen.
Hoe communiceren jullie ter plaatse?
Davy: Ik heb ondertussen al wat Oekraïens geleerd dus vaak communiceren we in een combinatie van Oekraïens en Engels. Tot 2014 was Russisch eigenlijk de eerste taal in Oekraïne. De oudere bevolking kan dus zelfs geen Oekraïens omdat ze het nooit geleerd hebben en niet mochten gebruiken. Nu is het omgekeerd en proberen ze zo min mogelijk Russisch te gebruiken natuurlijk. Maar door met hen te praten, merk ik dat er zelf soms wat Russisch tussen mijn Oekraïens glipt (lacht). Mocht ik enkel Engels spreken, wordt het moeilijk om eten te kopen of te tanken.
Is het nog steeds even gevaarlijk ter plaatse?
Davy: Ja, zeker. Begin maart toen ik er was, waren er veel ballistische raketten. Ik ben toen met graaf Renaud de Kerckhove naar daar gereden met verschillende ambulances en een jeep die gesponsord werden door Renaud. We hebben de ambulances vol materiaal afgezet in Kramatorsk en de jeep in Cherson. De jeep is spijtig genoeg ondertussen zelfs al gesneuveld in de strijd … In Cherson is het namelijk zeer gevaarlijk nu, de Russen oefenen daar op burgers met verschillende types bommen …
Hoe ga je daar zelf mee om? Slapen jullie dan in schuilkelders?
Davy: Nee, we slapen in gewone kamers, net buiten het centrum van Kiev. In het begin lig je wakker van het geluid van schoten, maar gek genoeg went dat en slaap je tegen de tweede of derde dag erdoor. Anders moet je helemaal nooit slapen daar. Als we bijvoorbeeld naar Cherson gaan, nemen we wel voorzorgen en dragen we kogelvrije vesten.
Lynn: In Kiev voel je de echte oorlog iets minder, ’s nachts wel, maar overdag minder want de mensen moeten doordoen. Ze zijn - hoe erg het ook klinkt - gewoon aan de oorlog. Voor hen is dat alsof er een luide moto passeert in de straat. Schoolgaande kinderen moeten echter wel in de kelders schuilen bij een luchtalarm. Jammer genoeg duurt het alarm vaak zo lang dat school niet meer hervat wordt omdat het te laat is. En zo missen de Oekraïense kinderen dus veel schooluren. Daarom zijn we nu bezig met laptops en tablets in te zamelen zodat kinderen meer thuis school kunnen volgen. Een warme oproep dus om als je nog werkende laptops en tablets hebt, ze te doneren. Dan nemen we ze in september mee naar Oekraïne!
Hoe ervaren de Oekraïners de situatie nu?
Davy: De moraal blijft sterk. Ze staan achter hun land en geven niet op, maar de situatie met Amerika is wel een desillusie voor die mensen. Amerikanen vinden ze over het algemeen redelijk fake, maar er zijn wel nog gewone Amerikaanse burgers en organisaties die steun bieden. Soldaten trekken wel weg sinds Trump. In de vredesonderhandelingen geloven de Oekraïners ook niet. Er is ergens wel bereidheid om het ingenomen gebied op te geven om vrede te hebben, maar niets extra. Logisch ook. Dat is zoals een dief die bij jou thuis inbreekt en geld steelt en jij zou zeggen ‘hier is nog wat extra’. Er is ook wel wat fake news in omloop gevoed door de Russen. Zo was er onlangs een verhaal dat Zelensky privévliegtuigen en paleizen heeft, maar dat is natuurlijk niet zo. Of berichtgeving rond het feit dat Zelensky niet aan het front meevecht. Dat is ook de taak van de president niet.
Lynn: Ondanks de oorlog die rond hen woedt, blijven de Oekraïners enorm gastvrij. En dat is zo ontroerend. Ze hebben soms nauwelijks iets voor zichzelf, maar dringen toch aan dat je blijft eten. Zelfs al hebben ze geen stromend water, geen verwarming, toch gaan ze door. Ze zijn ook erg gelovig en hun geloof houdt hen recht. Die mensen zijn ook erg dankbaar als je naast hen zit en luistert.
De baboesjka’s bijv. – de omaatjes – kunnen niet in een rusthuis terecht, dat bestaat daar gewoon niet. Waar zij wonen zijn vaak geen winkels, geen dokter. Volgende keer willen we zeker ook medisch materiaal brengen naar hen. Eten meebrengen is spijtig genoeg geen opties, want het is niet toegestaan voedsel mee te nemen over de grens. Heel spijtig maar de Pools-Oekraïense grens is zeer streng, maar ook de kortste weg voor ons. Groentjes planten bij hun huis is ook geen optie want wilde paarden eten dat vaak op. Die baboesjka’s hebben vaak maar een pensioentje van € 60 per maand en een zeer beperkt keukentje en toch nodigen ze je uit om te blijven eten. En dat terwijl voedsel even duur is als hier.
Veel baboesjka’s – en kinderen ook - zijn ook letterlijk getekend door de oorlog: verminkingen, trauma’s …
Jullie hebben zelf een zoon, Jules, van acht jaar. Hoe gaan jullie om met zijn reacties op jullie missies?
Lynn: We zorgen dat hij altijd een leuke tijd heeft als we weg zijn, en we reizen alleen tijdens schoolperiodes. Het blijft moeilijk, maar we hebben hem beloofd om na de oorlog eens samen te gaan. Hij begrijpt dat we dit doen om anderen te helpen.
Davy: De rit duurt zo’n 21 uur, waarvan 16 uur tot aan de grens. Die grensovergang kan erg lang duren – van 1 uur tot soms 12 uur. Oekraïense vrouwen mogen het land verlaten, dus in het weekend is het daardoor extra druk aan de grensovergang omdat zij familie – en veiligheid – opzoeken in Polen. Wij proberen zelf altijd ’s morgens vroeg de grens over te gaan zodat we tegen de middag rond Kiev zijn.
Wat hopen jullie nog te bereiken?
Lynn: Dat de oorlog snel eindigt, natuurlijk. Maar we vrezen dat na de oorlog de hulp zal opdrogen, terwijl de wederopbouw nog jaren zal duren. We willen blijven helpen, zeker voor de kinderen en ouderen die niemand meer hebben.
Davy: We hebben al zoveel mooie dingen kunnen doen dankzij steun van hier. Maar we hopen nog meer te bereiken. Onze focus ligt nu echt op de weeskinderen en de baboesjka’s. We willen de jeugd speelgoed, knuffels, laptops/tablets en kinderkledij bezorgen. Heb je dus deftige kledij en speelgoed of nog werkende laptops en tablets liggen die je wil doneren? Neem dan zeker contact op.
Van het gemeentebestuur kregen we de voorbije twee jaar € 3000 subsidie voor ontwikkelingssamenwerking. En de gemeenschap hier in Heist is ook heel betrokken. We hopen dat de andere wijken in Knokke-Heist volgen. Elke euro helpt. En elke glimlach die we daar zien, geeft ons de kracht om door te gaan.
Wie graag wil helpen of materiaal wil doneren, kan contact opnemen met Davy via 0472 24 71 54.